Volgens de Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ) geldt dat de pensioenvoorziening in eigen beheer (ongeachte de grootte van de rechtspersoon) moet worden gewaardeerd op basis van algemeen aanvaardbare actuariële grondslagen. De waardering van de pensioenverplichting moet gebaseerd zijn op basis van het principe van 'beste schatting'.
Echter als het resultaat van de waardering op basis van fiscale grondslagen niet materieel afwijkt van waardering op basis van het principe van 'beste schatting', kan (als praktische invulling) ook de fiscale waardering worden toegepast.
De RJ-waardering van de pensioenverplichting is gebaseerd op de zogenaamde going concern-waardering. Deze waardering wijkt af van de commerciële waardering van de belastingdienst bij de bepaling van dividendruimte.
Ten aanzien van de rekenrente bepaalt de RJ dat uit moet worden gegaan van:
- de marktrente op balansdatum van hoogwaardige ondernemingsobligaties
- het rendement op staatsleningen als een liquide markt voor ondernemingsobligaties ontbreekt
De RJ-waardering kent 3 opties:
- Zelf invoer kiezen
- RJ-waardering
- SRA-waardering
Afhankelijk van de keuze uit bovenstaande opties worden onderstaande grondslagen geheel of gedeeltelijk ingevuld:
- overlevingstafel/prognosetafel
- leeftijdsterugstelling man
- leeftijdsterugstelling vrouw
- marktrente
- stijging uitkering vóór pensioendatum
- stijging uitkering ná pensioendatum
Overlevings- en sterftekansen
Voor de Best Estimate berekening mag uitgegaan worden van een door een individuele verzekeraar anno 2014 gebruikte prognose tafel. Leeftijdscorrecties zijn daarin verwerkt en deze geven een zorgvuldiger beeld dan de 'prognosetafels' van pensioenfondsen, of de individuele overlevingstafels van het Actuarieel Genootschap. De opgenomen overlevingstafels van de verzekeraars, zijn de meest recente. Er worden door aanbieders niet jaarlijks nieuwe overlevingstafels gepubliceerd.
Marktrente o.b.v. hoogwaardige bedrijfsobligaties
Voor de RJ2014-4 berekening dient uitgegaan te worden van de actuele "best-estimate" rente voor de koopsom voor direct ingaande periodieke uitkeringen zoals verzekeraars die hanteren. Deze rente dient te worden gebaseerd op 'hoogwaardige bedrijfsobligaties'.
Op deze manier wordt de beste schatting van de waarde berekend. De beste schatting van de variabelen die de omvang bepalen van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zullen zijn om de verplichting af te wikkelen.
Voor de berekening van de beste schatting moet gebruik worden gemaakt van een passende marktrente. De SRA heeft grondslagen gepubliceerd met daarbij marktrentes op basis van de Zero Coupon Rente (+1%). Deze hebben wij opgenomen in de bijlage van het artikel Grondslagen Robotiseren.
Bovendien hebben wij een marktrente opgenomen, die daadwerkelijk gebaseerd is op hoogwaardige bedrijfsobligaties, berekend door Triple A Actuarieel Advies. Een onafhankelijk actuarieel adviesbureau. De rente is afhankelijk van de 'duration'. Deze duration vindt u terug in het Resultatenscherm rechts in uw beeld.
Hanteer voor een 'duration' groter dan 30 jaar het rentepercentage van 30 jaar.
Grondslagen SRA
De grondslagen in overeenstemming met de Praktijkhandreiking SRA d.d. 4 december 2014 zijn in een publicatie met 'Veelgestelde vragen over pensioen in eigen beheer' op 11 februari 2015 verder verduidelijkt en op een aantal punten aangepast. De meest recente versie dateert van 5 mei 2021.
De bovenstaande rekenrentes zijn op 2 verschillende rentetermijnstructuren gebaseerd op de antwoorden van de SRA:
- de rekenrentes per 1-1-2014 zijn gebaseerd op een rentetermijnstructuur conform Solvency I eisen.
- de rekenrentes per 31-12-2014 (en verder) zijn gebaseerd op een rentetermijnstructuur (Risk Free Rate) conform Solvency II eisen mét een volatility adjustment, zoals gepubliceerd door EIOPA.
EIOPA is het orgaan dat de door de SRA aangewezen rentetermijnstructuur op basis van een Zero Coupon Rate (door EIOPA de Risk Free Rate genoemd) maandelijks publiceert. (de aanwijzing van de SRA vond plaats in vraag 8 van het Vraag en antwoorden d.d. 8-2-2015, bij de RJ 2014-4 Praktijkhandreiking. Deze verwijzing leidt nog naar de website van DNB en is niet meer actief).
Toelichting rekenrentes SRA
Voor de SRA-waardering wordt de toe te passen rente bepaald op basis van de feitelijke leeftijd van de gerechtigde. De in de berekening gehanteerde overlevings- en sterftekansen worden bepaald met inachtneming van leeftijdsterugstellingen van 5 jaar voor de man en 6 jaar voor de vrouw (tot 5 mei 2021) en 2 jaar voor de man respectievelijk 3 jaar voor de vrouw vanaf 5 mei 2021.